14 januari 2008

elders op de wereld

Het is een gewone middag in het huis van Bruintje en de Boertjes. Amber komt voor de derde keer met een schaaltje aanlopen en vraagt dwingend om schuddebuikjes (speculaasbeleg, wie kent het niet). Foei, berisp ik de kleine blonde bedelaar. 'Je hebt meer dan genoeg gehad. Elders op de wereld hebben kinderen niet te eten en jij blijft zeuren om schuddebuikjes.'
Op dat moment sta ik er niet bij stil dat 'elders op de wereld' al op een tiental kilometers van mijn huis te vinden is. Maar dit weekend word ik weer eens met de neus op de feiten gedrukt.


Het begint met een mailtje van twee zusjes die via ons bureau vrijwilligerswerk hebben gedaan. Geweldige meiden die zich optimaal hebben ingezet en zich erg hebben gehecht aan Suriname. Ze zijn al een paar maanden weer thuis maar blijven contact houden met mensen hier. Eén van die mensen is een aidspatiënt, een jonge vrouw met twee kinderen. Ze hebben haar ontmoet toen ze meeliepen bij een overheidspolikliniek in een buitenwijk van Paramaribo.
De vrouw en haar kinderen hebben op dit moment weinig tot niets te eten, vertellen de zusjes in hun mail. Ze willen graag een voedselpakket geven, maar op afstand is dat natuurlijk lastig. Zij zorgen voor de betaling, of wij het voor hen kunnen regelen?
Tuurlijk, geen probleem. Maar voorzichtig als ik ben, bel ik voor de zekerheid toch eerst even naar de polikliniek waar de vrouw regelmatig komt voor behandeling en medicijnen. Stel je voor dat de vrouw misbruik wil maken van de goedheid van de meisjes, je weet het maar nooit.

Wat ik van de verpleegkundige hoor slaat me met stomheid.
Enigzins triest bevestigt die het verhaal. De kinderen van vier en zeven gaan wel vaker zonder eten naar school. Hun moeder geeft ze dan een zakje met zout mee, met de instructie om wat zout op de tong te leggen. Dat schijnt de honger een beetje te onderdrukken. De moeder kan niet meer werken, er komt dus geen geld meer binnen. Ze krijgt weinig of geen steun van haar omgeving. Aids is jammer genoeg nog steeds een beetje een taboe in de samenleving...
Electriciteit heeft ze niet, maar gelukkig zijn de achterburen zo vriendelijk om haar wat stroom te laten aftappen. Water heeft ze lange tijd niet gehad. Omdat ze zusjes de waterrekening voor haar hebben betaald is dat probleem voorlopig opgelost...
Uit het verhaal van de zuster kan ik opmaken dat deze mevrouw geen uitzondering is. Maar ik durf niet te vragen naar andere gevallen, ben al aardig ondersteboven van wat ik heb gehoord. Dit gebeurt toch niet in Suriname?

Dit vraagt natuurlijk om snel handelen. De boodschappen zijn snel gehaald. Mijn eerste idee is om de spullen bij de polikliniek af te geven. Maar dan duurt het weer een dag langer, want het is weekend. Zélf maar even langsbrengen, dus.
Gelukkig wil Bastiaan wel mee, want ik vind het toch een beetje gek om in mijn eentje zomaar binnen te vallen bij een volslagen onbekend persoon.

Ze blijken gelukkig een redelijk goed dak boven het hoofd te hebben. Het huis is van de moeder van de vrouw geweest, maar is nooit afgebouwd omdat die is overleden. Desondanks ziet het er binnen vrij netjes uit.
Het eerste waar mijn oog op valt, is het magere kerstboompje in de hoek. Daarna pas zie ik de broodmagere vrouw. Ik vermoed dat ze nog jong is, maar zo ziet ze er niet uit...
Veel tijd heeft ze niet meer, dat is duidelijk. Ze heeft nu een ontsteking in de mond en kan daardoor slecht eten. Ik realiseer me dat ze driekwart van de spullen die we hebben meegebracht, niet eens naar binnen krijgt. Gelukkig zitten er ook soepjes en aardappelen tussen.
En de kinderen kunnen zich te goed doen aan de rest...het blijken schatjes van kinderen te zijn, een jongen van zeven en een meisje van bijna vijf. Met name de jongen doet het heel goed op school, haalt hoge cijfers. Trots laat hij me zijn schriften zien.
Het zijn flinke kindjes met een vlotte babbel. Met schrik realiseer ik me ineens dat ze straks geen moeder meer hebben. Waar moeten ze dan heen?
Niet naar familie en vrienden, vrees ik. Vader is uit beeld, verzorgt de kinderen niet op de familie kan ze zo te horen ook niet rekenen. Details durf ik niet te vragen, het is zo al triest genoeg.
Praten is voor de vrouw natuurlijk moeilijk met een ontstoken mond, nog een reden om haar niet te lang aan de praat te houden. Na ruim een half uur vertrekken we, met de belofte dat ik heel gauw terugkom.
De Nederlandse meisjes willen blijven helpen en wij zijn er nu ook, dus een tekort aan levensmiddelen zullen ze de komende tijd niet hebben, als het aan mij ligt.
Binnenkort maar eens een uitje plannen met de kindjes. Die gaan nooit ergens heen, vertelde de moeder. En een nieuw paar schoenen is voor hen ook geen overbodige luxe. Ik zal niet overdrijven, maar ik ga ze toch wel een klein beetje verwennen...

Oef, zo'n dag hakt er wel in. Gelukkig zorgen onze kindjes voor wat afleiding als we weer thuis zijn. En morgen gaat Bastiaan voor zijn werk naar het binnenland, dus de spullen moeten weer worden gepakt.

Ik ga mijn vermoeide hoofd nu maar eens op het kussen leggen.

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Hee Sas,

groetjes hier van mij, Roberto en Jaden. Ik schrik heel erg van deze verhalen, ondanks dat ik weet dat deze situaties zelfs in Su voorkomen....Help waar je helpen kan in ieder geval. We zien jullie gauw in maart, kan niet wachten om jullie weer te zien.

dikke brasa,
Tania

Anoniem zei

Hee bas en sas,
da's een heftig verhaal en dat er verder niks vanuit de overheid gedaan wordt. Fijn dat de zusjes wat willen doen en dat jullie zijn langsgegaan. Ondanks dat het pittig is heb je wel een steentje bijgedragen.

liefs, wiet

tropenkindje zei

Hai allemaal,
Even een kleine nuancering: de overheid doet wel iets (maar niet genoeg). Aidsremmers en dergelijke zijn bijvoorbeeld gratis. En dat zijn hele dure medicijnen. Maar de sociale steun is minimaal, daar kun je niet eens een week van leven. en je loopt je benen uit je lijf voordat het in orde is. Oftewel, wel medicijnen, geen geld...
Voor aidspatiënten die zijn opgenomen in een instelling gaat het allemaal wat makkelijker, en die worden ook verzorgd. Maar er zijn nog steeds teveel van deze nare verhalen.