10 januari 2007

Boeroeswing, de voortgang

We zijn alweer een goede week in het nieuwe jaar en ik ben drukzoekende geweest naar tijd om alle klusjes die er nog liggen uitgevoerd te krijgen. Maar goed, ik zeg dan altijd maar zo dat je ook even moet kijken wat er allemaal alweer gebeurd is, want dat is toch wel wat.
Maar soms lijkt de to-do lijst alleen maar te groeien en dan hebben we het alleen nog maar over de to-do lijst van thuis. Want ook in de praktijk liggen er nog volop klusjes die om aandacht vragen. Wanneer Saskia maar denkt dat ik even niets te doen heb (??) of wanneer ik met iets bezig ben waar zij een lagere prioriteit op hang als ik, komt er alweer een waslijst met voornamelijk boorklussen. De boormachine en ik zijn goede vrienden en het leuke is natuurlijk wel dat je met het verfraaien van zaken ook wel meteen resultaat ziet.
Voor de klussenlijst van thuis is er het voordeel dat de praktijk nog erg rustig is. Ik ben begonnen in december, wat de rustigste maand van het jaar is, iedereen is bezig met de feestdagen. Nu is het januari, dus iedereen is drukdoende de wonden te likken (fysieke en financiële). Dus ik moet nu toeslaan met het aanspreken van mensen op hun goede voornemens om nu eindelijk eens te gaan werken aan de telkens vooruitgeschoven doelen. En dat lijkt zo’n beetje te lukken.

Vandaag heb ik mijn eerste spinningklasje gehad, 9 dames die allemaal ruzie met de weegschaal hebben (de één heeft daar meer redenen voor dan de ander…). Allemaal willen ze hun gewicht laten droppen en allemaal hebben ze de laatste tijd weinig aan beweging gedaan. Wat ook een opvallende gelijkenis vertoont is de plek op de sociale ladder. Mijn schoonvader, zittend op zijn balkon boven de praktijk, had ze allemaal zien aankomen. De ene auto nog groter dan de andere, zei hij. Er zitten inderdaad wat goede verdieners tussen, artsen, managers, directeuren, om maar wat te noemen. Het is een clubje van vriendinnen en vriendinnen van vriendinnen. Dus testuitslagen werden met enige galgenhumor gedeeld en de planning voor de komende tijd werd heel optimistisch samengesteld. Ik ben benieuwd of de dames door de zure appel van het begin heen kunnen bijten. Want na 1 minuut (!) werd er al geklaagd over zadelpijn, niet door één persoon, maar allemaal hadden hier in meerdere of mindere mate last van. Surinamers op een fiets zetten is natuurlijk ook wel iets wat je alleen een Hollander kan laten doen. Ook hier komt het cultuurverschil meteen om de hoek zetten!
Maar goed, het merendeel van de dames leek het uiteindelijk toch wel leuk te vinden en ze zijn van plan om met z’n allen er tegenaan te gaan. Komende week start er ook nog een clubje van neven en nichten van Saskia met wat aanhang. De doelstellingen in deze groep lijken gelijk te zijn aan die van vandaag. Ben benieuwd hoe het met het eelt op deze billen staat…
Een derde clubje lijkt zich ook al te vormen want mijn mailing is blijkbaar goed doorgestuurd en de tam tam begint te lopen. Dus volgende week hoop ik groepje drie ook rond te hebben. Van daaruit zal de fysiotherapie tam tam ook wel weer gaan lopen. Iedereen die bij me traint kent wel weer iemand met klachten aan het bewegingsapparaat en wanneer mensen dan eenmaal eens in de praktijk geweest zijn en tevreden de deur uit gaan, heeft dat zeker navolging.

Ook op Meerzorg zal de mofokoranti (mond op mond reclame) wel op gang komen. Ik zie al een paar individuele patiënten en mogelijk komt er binnenkort een groepje in de stad trainen. Mijn kapper is namelijk ook voetballer in een eerste divisie team, en zij zijn een beetje aan het wegzakken. Zijn diagnose van deze ontwikkeling is fysieke tekortkoming. Oftewel, er moet gewerkt worden aan kracht, of ik daar wat mee kan? Natuurlijk kan ik een leuk programma voor deze jongens opstellen. Hij zou het even met de sponsor overleggen en waarschijnlijk is er straks dus een heel team wat komt trainen om de neerwaartse lijn op de ranglijst om te keren.
Wat ook goed kan zijn voor de bekendheid van de praktijk is een interview dat ik gisteren heb gehad met de Parbode, een Surinaams opinietijdschrift. Het is een leuk blad wat redelijk goed gelezen wordt en eigenlijk uniek is in zijn soort. Geen zware kost maar frisse artikelen over allerlei actuele zaken. De journalist die me interviewde is een Nederlandse dame die een jaar geleden ook met haar man de oversteek heeft gedaan. Behalve het inhoudelijke gesprek gaf dat natuurlijk ook genoeg materiaal om uit te wisselen. Het artikel zal zich richten op de problemen van bewegingsarmoede en de gevolgen hiervan die zichtbaar worden binnen de Surinaamse gezondheidszorg. Mijn visie op hoe Suriname in beweging te krijgen is komt ook aan de orde, als het goed is. Ik heb het artikel nog niet gezien maar verwacht dat ik het voor publicatie nog kan bekijken. Het is een maandblad en komt begin februari weer uit, spannend hoor!

Morgenochtend vroeg zet ik mijn andere fysio-pet weer op. Ik moet me om half acht melden op vliegveld Zorg en Hoop voor mijn job in het binnenland. Met de regiomanager (arts) van het district Boven Suriname vervolg ik mijn voorstelrondje in het plaatsen Djumu en Kayana. Djumu is zo’n uur vliegen vanuit de stad, Kayana bezoeken we dan per boot. Het is een gebied waar ik zelf nog niet eerder geweest ben dus ben erg benieuwd wat ik daar zal aantreffen. Het aardige is dat ik dit keer met de arts samen reis waardoor we voor bepaalde problematiek meteen beleid kunnen maken en later de voortgang bespreken. Dat werkt net wat vlotter als een berichtje op een patiënten kaart of een berichtje via de radio door de gezondheidsassistent. Donderdag ben ik weer terug en vrijdag mag ik kijken wat er van de goede voornemens van de damesclub is overgebleven…


Geen opmerkingen: